EUR-Lex De toegang tot het recht van de Europese Unie

Terug naar de EUR-Lex homepage

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document 32016D0025

Besluit (EU) 2016/1734 van de Europese Centrale Bank van 21 september 2016 houdende wijziging van Besluit ECB/2013/54 betreffende accreditatieprocedures voor producenten van beveiligde euro-items en euro-items (ECB/2016/25)

PB L 262 van 29.9.2016, blz. 30–33 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Juridische status van het document Niet meer van kracht, Datum einde geldigheid: 17/05/2021; stilzwijgende opheffing door 32020D0637

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2016/25/oj

29.9.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 262/30


BESLUIT (EU) 2016/1734 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 21 september 2016

houdende wijziging van Besluit ECB/2013/54 betreffende accreditatieprocedures voor producenten van beveiligde euro-items en euro-items (ECB/2016/25)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 128, lid 1,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, met name artikel 12.1, artikel 16 en artikel 34.3,

Overwegende:

(1)

Artikel 128, lid 1 van het Verdrag en artikel 16 van de Statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank bepalen dat de Europese Centrale Bank (ECB) het alleenrecht heeft om machtiging te geven tot de uitgifte van eurobankbiljetten binnen de Unie. Dit recht omvat de bevoegdheid maatregelen te nemen ter bescherming van de eurobankbiljettenintegriteit als wettig betaalmiddel en daarbij kan tevens het bereik van de bevoegdheid van tijd tot tijd gewijzigd worden zodat de voor de vrijwaring van de eurobankbiljettenintegriteit beschikbare middelen blijven volstaan.

(2)

Om de eurobankbiljettenintegriteit te verzekeren, zijn op geaccrediteerde producenten derhalve doorlopende verplichtingen uit hoofde van Besluit ECB/2013/54 (1) van toepassing. Bepaalde doorlopende verplichtingen moeten gewijzigd worden gezien de na de inwerkingtreding van Besluit ECB/2013/54 opgedane praktische ervaring.

(3)

Maatregelen die de accreditatiestatus van een geaccrediteerde producent kunnen beïnvloeden, waaronder de overdracht of cessie van een bestaande accreditatie, moeten toegestaan worden, indien de ECB haar voorafgaande schriftelijke toestemming heeft verleend. De verplichting om de ECB in te lichten over gewijzigde eigendomsstructuren moet beperkt blijven tot gevallen waarin die gewijzigde eigendomsstructuur een bij de voorgenomen wijziging van de eigendomsstructuur betrokken entiteit direct of indirect toegang kan verschaffen tot vertrouwelijke informatie.

(4)

Bovendien moet de directie economische sancties kunnen opleggen binnen het kader van het Gemeenschappelijke Buitenlands en Veiligheidsbeleid en rekening kunnen houden met onder internationale overeenkomsten opgelegde sancties. Eveneens kunnen andere relevante instrumenten, zoals resoluties van de VN Veiligheidsraad, in aanmerking worden genomen.

(5)

Besluit ECB/2013/54 moet derhalve dienovereenkomstig gewijzigd worden,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging

Artikel 12 van het Besluit ECB/2013/54 wordt als volgt vervangen:

„Artikel 12

Doorlopende verplichtingen van geaccrediteerde producenten

1.   Een geaccrediteerde producent bewaart vertrouwelijkheid ten aanzien van de inhoudelijke vereisten.

2.   Een geaccrediteerde producent verstrekt de ECB voor de betrokken productielocatie een kopie van het betrokken certificaat zoals vermeld in artikel 4, lid 3, telkens wanneer een dergelijk certificaat wordt verlengd of gewijzigd, en wel binnen drie maanden na de betreffende datum van verlenging of wijziging. Een geaccrediteerde producent informeert de ECB onverwijld schriftelijk, indien een in artikel 4, lid 3 vereist certificaat wordt ingetrokken.

3.   Een geaccrediteerde producent informeert de ECB schriftelijk en onverwijld, indien de producent voornemens is enige van de volgende handelingen uit te voeren:

a)

enige wijziging in de regelingen op de betrokken productielocatie die zich voordoet nadat accreditatie is verleend, en waardoor de naleving van de betrokken accreditatievereisten, waaronder gewijzigde details uit hoofde van artikel 5, lid 2, onder a) tot en met d), op enigerlei wijze wordt beïnvloed dan wel beïnvloed kan worden;

b)

overdracht of cessie van zijn accreditatie aan een derde, waaronder zijn dochter- en geassocieerde ondernemingen;

c)

verandering van zijn eigendomsstructuur, indien die verandering van eigendomsstructuur een bij de voorgenomen verandering van de eigendomsstructuur betrokken entiteit direct of indirect toegang kan verschaffen tot vertrouwelijke informatie, zoals inhoudelijke vereisten ten aanzien waarvan de geaccrediteerde producent gehouden is vertrouwelijkheid te bewaren uit hoofde van toepasselijke ECB-rechtshandelingen of uit hoofde van contractuele verplichtingen jegens de ECB, of één of meerdere NCB's of één of meer geaccrediteerde producenten;

d)

het starten van een procedure voor de liquidatie van de producent of enige gelijksoortige procedure;

e)

reorganisatie van zijn onderneming of structuur op enigerlei wijze die de activiteit waarvoor accreditatie is verleend, kan beïnvloeden;

f)

uitbesteding dan wel het betrekken van derden, niet zijnde de werknemers van de geaccrediteerde producent, bij een euro-itemactiviteit of een beveiligde euroactiviteit waarvoor de producent geaccrediteerd is, zulks ongeacht of de uitbesteding of de betrokkenheid van derden bij een euro-itemactiviteit of een beveiligde euroactiviteit op de betrokken productielocatie of op een andere locatie uitgevoerd moet worden;

g)

de uitbesteding of overdracht van enig deel van een beveiligde euroactiviteit of een euro-itemactiviteit of enige beveiligde euro-items of euro-items aan een derde, waaronder dochterondernemingen en geassocieerde ondernemingen van de producent.

4.   Een geaccrediteerde producent mag een derde, waaronder enige dochteronderneming of geassocieerde onderneming van de geaccrediteerde producent, alleen bij de onder lid 3, punt f) en g) bedoelde activiteiten betrekken mits die derde overeenkomstig artikel 2 accreditatie of voorlopige accreditatie is verleend. De derde bevestigt de ECB in het inleidende verzoek om een voorlopige accreditatie schriftelijk of hij voornemens is een beveiligde euro-activiteit of een euro-itemactiviteit uit te oefenen zonder wijzigingen van de regelingen op de betrokken productielocatie waarvoor de ECB de overdragende of cederende geaccrediteerde producent een accreditatie of voorlopige accreditatie heeft verleend. In dit geval kan de ECB haar beoordeling van het inleidende verzoek beperken tot een beoordeling van de informatie en documentatie die de producent in de schriftelijke bevestiging heeft verstrekt, tenzij gedurende inspecties van de betrokken productielocatie op de betrokken productielocatie ernstige gevallen van niet-naleving ten aanzien van inhoudelijke vereisten zijn vastgesteld die nog niet zijn verholpen.

5.   De voorafgaande schriftelijke toestemming van de ECB wordt verkregen voordat een geaccrediteerde producent enige van de in lid 3 bedoelde activiteiten uitoefent. In de volgende situaties mag de directie de voorafgaande schriftelijke toestemming van de ECB weigeren, dan wel mag zij de voorafgaande schriftelijke toestemming van de ECB slechts verlenen mits de verzoekende entiteit of entiteiten heeft/hebben voldaan aan de beperkingen of verplichtingen om te handelen:

a)

indien de directie gegronde twijfels heeft of de verzoekende entiteit of entiteiten enig relevant accreditatievereiste naleeft;

b)

indien een entiteit die betrokken is bij de voorgenomen activiteit: i) gevestigd is in een derde land dat geen Unielidstaat is of geen lidstaat van de Europese Vrijhandelsassociatie, of ii) gevestigd is in een Unielidstaat of een lidstaat van de Europese Vrijhandelsassociatie, maar wier zakelijk optreden middels eigendom, gedeeltelijke eigendom, of andere vormen van directe of indirecte controle, wordt gecontroleerd door niet in een Unielidstaat of een lidstaat van de Europese Vrijhandelsassociatie gevestigde entiteiten. Wanneer de directie beslist over het verlenen van toestemming overweegt zij of de handeling waarvoor toestemming verzocht wordt mogelijkerwijze conflicteert met sanctieregelingen die mogelijk van invloed zijn op de betrokken entiteit, zoals:

i)

enig besluit of enige verordening van de Raad van de Europese Unie betreffende economische sancties binnen het kader van het Gemeenschappelijke Buitenlands en Veiligheidsbeleid of een uitgesproken doel dan wel het oogmerk van dat besluit of die verordening;

ii)

enige verplichting van de lidstaten die is vastgelegd in direct toepasselijke Unierechtshandelingen houdende tenuitvoerlegging van economische sancties binnen het kader van het Gemeenschappelijke Buitenlands en Veiligheidsbeleid;

iii)

enige internationale overeenkomst die goedgekeurd is door de wetgevende organen van de Unie of van alle eurogebiedlidstaten.

Beperkingen en verplichtingen tot handelen worden aangaande hun aard en toepassingsgebied beperkt voor zover noodzakelijk om de in het besluit van de directie vastgelegde doelstelling te verwezenlijken. Hun opzet tast de vrijheid van economische bedrijvigheid zo weinig mogelijk aan. De Raad van bestuur wordt onverwijld in kennis gesteld van enig besluit van de directie om voorafgaande schriftelijke toestemming van de ECB te weigeren, dan wel de voorafgaande schriftelijke toestemming van de ECB slechts te verlenen mits de verzoekende entiteit of entiteiten heeft/hebben voldaan aan de beperkingen of verplichtingen om te handelen.

De directie mag de bevoegdheid de schriftelijke toestemming van de ECB te verlenen, subdelegeren aan het operationele niveau van de ECB ingeval aan alle betrokken accreditatievereisten is voldaan en bij de voorgenomen activiteit geen entiteit betrokken is die buiten de Europese Unie of de Europese Vrijhandelsassociatie gevestigd is.

6.   Een geaccrediteerde producent stelt de ECB onverwijld schriftelijk in kennis van enige door hem in lid 3 bedoelde uitgevoerde activiteit, ongeacht de al dan niet verlening van de voorafgaande schriftelijke toestemming door de ECB, of indien enige van de volgende gebeurtenissen zicht voordoet:

a)

het starten van een procedure voor de liquidatie van de producent of een overeenkomstige procedure;

b)

het starten van een procedure voor de reorganisatie van de producent die de activiteit waarvoor accreditatie is verleend, kan beïnvloeden;

c)

de benoeming van een vereffenaar, curator, bewindvoerder of gelijksoortige functionaris in verband met de producent, of

d)

het ononderbroken verstrijken van een periode van 34 maanden sedert zijn laatste productie.

7.   Een geaccrediteerde producent met voorlopige accreditatie informeert de ECB onverwijld over de ontvangst van een officiële productieopdracht van een andere geaccrediteerde producent, een NCB of de ECB, zodat de relevante controles zo spoedig mogelijk kunnen plaatsvinden. De kennisgeving bevat informatie over die officiële productieopdracht en geplande begin en het einde van de productie.

8.   Een geaccrediteerde producent met voorlopige accreditatie informeert de ECB over milieu-, gezondheids- en veiligheidsaspecten zoals vereist in de betreffende inhoudelijke vereisten.

9.   Indien een geaccrediteerde producent een drukkerij is, arrangeert hij de analyse van chemische stoffen van afgewerkte eurobankbiljetten en rapporteert aan de ECB overeenkomstig de betrokken milieu-, gezondheids- en veiligheidsvereisten.”.

Artikel 2

Slotbepalingen

Dit besluit treedt op de dag van notificatie aan de geadresseerden in werking.

Het besluit is met ingang van 1 november 2016 van toepassing.

Artikel 3

Geadresseerden

Dit besluit richt zich tot de producenten van beveiligde euro-items en euro-items, en tot de nationale centrale banken van eurogebiedlidstaten, bij iedere voorraadcontrole, vernietigingscontrole of vervoercontrole die zij uitvoeren.

Gedaan te Frankfurt am Main, 21 september 2016.

De president van de ECB

Mario DRAGHI


(1)  Besluit ECB/2013/54 van 20 december 2013 betreffende accreditatieprocedures voor producenten van beveiligde euro-items en euro-items en tot wijziging van Besluit ECB/2008/3 (PB L 57 van 27.2.2014, blz. 29).


Naar boven