EUR-Lex De toegang tot het recht van de Europese Unie

Terug naar de EUR-Lex homepage

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document 32017D0002

Besluit (EU) 2017/101 van de Europese Centrale Bank van 11 januari 2017 tot wijziging van Besluit ECB/2014/40 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2017/2)

PB L 16 van 20.1.2017, blz. 53–54 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Juridische status van het document Niet meer van kracht, Datum einde geldigheid: 15/02/2020; stilzwijgende opheffing door 32020D0187

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2017/101/oj

20.1.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 16/53


BESLUIT (EU) 2017/101 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 11 januari 2017

tot wijziging van Besluit ECB/2014/40 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2017/2)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 127, lid 2, eerste streepje,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 12.1, tweede alinea, in samenhang met artikel 3.1, eerste streepje, en artikel 18.1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Besluit ECB/2014/40 (1) stelde het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties vast (hierna het „CBPP3” genoemd). Naast het aankoopprogramma voor effecten op onderpand van activa, het programma voor de aankoop van door de publieke sector uitgegeven schuldbewijzen en het aankoopprogramma bedrijfssector op secundaire markten, maakt het CBPP3 deel uit van het uitgebreide programma voor de aankoop van schuldbewijzen (APP). Het APP beoogt de doorwerking van het monetaire beleid verder te verbeteren, de kredietverstrekking aan de economie van het eurogebied te vergemakkelijken, minder strenge leningcondities voor huishoudens en ondernemingen te bewerkstelligen en op middellange termijn bij te dragen aan een inflatieniveau van net onder 2 %, overeenkomstig het hoofddoel van het Europese Centrale Bank (ECB), te weten prijsstabiliteithandhaving.

(2)

De aankoop van schuldbewijzen uit hoofde van het APP is een evenredige maatregel om met verwachte prijsontwikkelingen verband houdende risico's te matigen, aangezien het programma nog minder strenge monetaire en financiële voorwaarden zal bewerkstelligen, waaronder de leningvoorwaarden voor niet-financiële vennootschappen en huishoudens in het eurogebied, aldus de totale consumptie en investeringsuitgaven in het eurogebied ondersteunend en er uiteindelijk toe bijdragend dat de inflatie op middellange termijn weer net onder 2 % zal liggen. Het APP voldoet geheel aan de verdragsverplichtingen van de centrale banken van het Eurosysteem, waaronder het verbod op monetaire financiering, en schaadt de werking van het Eurosysteem overeenkomstig het beginsel van een openmarkteconomie met vrije mededinging niet.

(3)

Op 8 december 2016 heeft de Raad van bestuur in lijn met zijn mandaat tot verzekering van prijsstabiliteit besloten dat bepaalde APP-parameters aangepast moeten worden om de APP-doelstellingen te verwezenlijken. De aanpassingen stroken met het monetairbeleidmandaat van de Raad van bestuur, voldoen volledig aan de verdragsverplichtingen van de centrale banken van het Eurosysteem en houden naar behoren rekening met risicobeheeroverwegingen.

(4)

Meer bepaald moet de beoogde horizon van APP-aankopen worden verlengd tot eind december 2017, dan wel langer, indien noodzakelijk, en in ieder geval tot de Raad van bestuur vaststelt dat de inflatieontwikkeling stabiel is, die strookt met zijn doelstelling om op middellange termijn een inflatiepercentage van net onder de 2 % te realiseren.

(5)

Tot eind maart 2017 zal middels de gecombineerde maandelijkse APP-aankopen 80 miljard EUR aan liquiditeiten naar de markt blijven vloeien. Vanaf april 2017 tot eind december 2017 moeten de gecombineerde maandelijkse APP-aankopen 60 miljard EUR bedragen, dan wel meer, indien noodzakelijk, en in ieder geval tot de Raad van bestuur vaststelt dat de inflatieontwikkeling stabiel is en strookt met zijn inflatiedoelstelling. Indien gaandeweg de vooruitzichten minder gunstig worden, of indien financiële omstandigheden niet langer stroken met verdere ontwikkelingen die moeten resulteren in een stabiele inflatieontwikkeling, is de Raad van bestuur voornemens de omvang te vergroten en/of de duur van het programma te verlengen.

(6)

Om de voortzetting van de soepele toepassing van APP-aankopen gedurende de voorgenomen tijdspanne te waarborgen, moeten APP-aankopen van schuldbewijzen met een rendement tot het einde van de looptijd onder de ECB-depositorente worden toegestaan, voor zover noodzakelijk.

(7)

Besluit ECB/2014/40 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging

Aan artikel 2 van Besluit ECB/2014/40 wordt punt 7 toegevoegd:

„7.

Aankopen van nominale gedekte obligaties met een negatief rendement tot het einde van de looptijd (of het slechtst mogelijke rendement) gelijk aan of boven de depositorente zijn toegestaan. Aankopen van nominale gedekte obligaties met een negatief rendement tot het einde van de looptijd (of het slechtst mogelijke rendement) onder de depositorente zijn toegestaan, voor zover noodzakelijk.”.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 13 januari 2017.

Gedaan te Frankfurt am Main, 11 januari 2017.

Namens de Raad van bestuur van de ECB

De president van de ECB

Mario DRAGHI


(1)  Besluit ECB/2014/40 van 15 oktober 2014 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (PB L 335 van 22.11.2014, blz. 22).


Naar boven