Kies de experimentele functies die u wilt uitproberen

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document 32020D0380

Besluit (EU) 2020/380 van de Europese Centrale Bank van 18 februari 2020 tot wijziging van Besluit (EU) 2016/245 tot vaststelling van de regels inzake aanbesteding (ECB/2020/10)

PB L 69 van 6.3.2020, blz. 41–45 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Juridische status van het document Van kracht

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2020/380/oj

6.3.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 69/41


BESLUIT (EU) 2020/380 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 18 februari 2020

tot wijziging van Besluit (EU) 2016/245 tot vaststelling van de regels inzake aanbesteding (ECB/2020/10)

DE DIRECTIE VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 11.6,

Gezien Besluit ECB/2004/2 van 19 februari 2004 houdende goedkeuring van het reglement van orde van de Europese Centrale Bank (1), en met name artikel 19,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In het licht van de ontwikkelingen in de jurisprudentie en de wetgeving van de Europese Unie en ter wille van de duidelijkheid moeten bepaalde voorschriften van Besluit (EU) 2016/245 (2) van de Europese Centrale Bank (ECB/2016/2) verder worden verfijnd of herzien.

(2)

De Europese Centrale Bank (ECB) verzekert dat passende maatregelen worden genomen om belangenconflicten van personeelsleden te vermijden, te identificeren en op te lossen in het uitvoeren van aanbestedingsprocedures overeenkomstig het Ethische Kader van de ECB (3), om mogelijke concurrentieverstoring te voorkomen en om gelijke behandeling van alle inschrijvers te garanderen.

(3)

De drempels voor openbare aanbestedingsprocedures in Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad (4) zijn gewijzigd bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/2365 van de Commissie (5) en Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1828 van de Commissie (6). Hoewel Richtlijn 2014/24/EU niet op de ECB van toepassing is, is de ECB voornemens dezelfde drempels voor haar openbare aanbestedingsprocedures toe te passen.

(4)

Daarnaast is de ECB voornemens om de in Richtlijn 2014/23/EU (7) van het Europees Parlement en de Raad vastgelegde drempels voor concessies toe te passen.

(5)

Besluit (EU) 2016/245 (ECB/2016/2) moet derhalve dienovereenkomstig gewijzigd worden,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijzigingen

Besluit (EU) 2016/245 (ECB/2016/2) wordt als volgt gewijzigd:

(1)

In artikel 1 wordt punt 8 vervangen door:

“8.

“dynamisch aankoopsysteem”: een geheel elektronisch proces voor aankopen van courante diensten, met algemeen op de markt beschikbare kenmerken die overeenkomen met de behoeften van de ECB;”.

(2)

In artikel 2 wordt lid 3 als volgt gewijzigd:

a)

punt h) wordt vervangen door:

“h)

diensten betreffende onderzoek en ontwikkeling, tenzij de aan de diensten verbonden voordelen exclusief ten goede komen aan de ECB voor haar eigen gebruik en de verleende diensten volledig door de ECB worden vergoed;”;

b)

punt j) wordt vervangen door:

“j)

opdrachten met betrekking tot de juridische vertegenwoordiging van de ECB gedurende of ter voorbereiding van i) gerechtelijke procedures voor hoven, rechtbanken of overheidsinstanties van een lidstaat of een derde land, danwel internationale hoven, of ii) arbitrageprocedures en opdrachten met betrekking tot de exclusieve diensten van notarissen, trustees (beheerders) of gerechtsambtenaren”.

(3)

In artikel 4 wordt lid 3 vervangen door:

“3.   De volgende drempelbedragen zijn van toepassing:

a)

voor leveringen en diensten: het drempelbedrag voor opdrachten voor leveringen en diensten die door de in artikel 4, onder c), van Richtlijn 2014/24/EU aanbestedende diensten worden gegund;

b)

voor opdrachten voor werken: het in artikel 4, onder a), van Richtlijn 2014/24/EU genoemde drempelbedrag voor opdrachten voor werken;

c)

voor concessieovereenkomsten: het in artikel 8, lid 1, van Richtlijn 2014/23/EU van het Europees Parlement en de Raad (*1) genoemde drempelbedrag voor concessieovereenkomsten.

(*1)  Richtlijn 2014/23/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten, PB L 94 van 28.3.2014, blz. 1.”."

(4)

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

a)

de titel wordt vervangen door:

“Wijzigingen van contracten gedurende de looptijd” ;

b)

de eerste zin van lid 1 wordt vervangen door:

“De ECB kan een opdracht wijzigen wanneer de wijziging, ongeacht de waarde ervan, in de oorspronkelijke aanbestedingsstukken in duidelijke, precieze en ondubbelzinnige herzieningsclausules, waaronder eventueel prijsherzieningsclausules of opties, is voorzien.”;

c)

de eerste zin van lid 2 wordt vervangen door:

“De ECB kan een opdracht wijzigen wanneer de wijziging, ongeacht de waarde ervan, niet substantieel is.”;

d)

lid 3 wordt vervangen door:

“3.   Daarnaast kan de ECB in de volgende gevallen een opdracht wijzigen:

a)

indien een wijziging noodzakelijk wordt als gevolg van omstandigheden die de ECB, zorgvuldig handelend, niet had kunnen voorzien, op voorwaarde dat de wijziging de algehele aard van de oorspronkelijke opdracht niet wijzigt, of

b)

indien de aanvullende leveringen, diensten of werken die noodzakelijk zijn geworden niet technisch of economisch kunnen worden losgekoppeld van de oorspronkelijke opdracht zonder aanzienlijk ongemak of een substantiële vermeerdering van kosten.

Het bedrag van aanvullende leveringen, diensten of werken mag voor elk afzonderlijk geval niet hoger zijn dan 50 % van de oorspronkelijke waarde van de betreffende opdracht.”;

e)

lid 6 wordt vervangen door:

“6.   Voor wijzigingen van de oorspronkelijke opdracht gedurende de looptijd anders dan die zijn voorzien in de leden 1 tot en met 5 is een nieuwe aanbestedingsprocedure vereist.”.

(5)

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 wordt vervangen door:

“1.   De ECB gunt de opdrachten waarvan de geraamde waarde gelijk is aan of hoger is dan de in artikel 4, lid 3, neergelegde drempeldragen door middel van een openbare of niet-openbare procedure. Opdrachten waarvan de geraamde waarde gelijk is aan of hoger is dan de in artikel 4, lid 3, neergelegde drempelbedragen, worden door de ECB uitbesteed door middel van een openbare of niet-openbare procedure. In gemotiveerde gevallen kan de ECB onder de in artikel 12 tot en met 14 uiteengezette voorwaarden gebruikmaken van een procedure van gunning door onderhandelingen, een concurrentiegerichte dialoog of een innovatiepartnerschap.”;

b)

de volgende leden 6 en 7 worden toegevoegd:

“6.   De ECB kan besluiten een opdracht te gunnen in de vorm van afzonderlijke percelen en kan de omvang en het voorwerp van deze percelen bepalen.

7.   Voor de berekening van de termijnen, data en aanvangs- en vervaltijden is Verordening (EEG, Euratom) nr. 1182/71 van de Raad (*2) van toepassing.

(*2)  Verordening (EEG, Euratom) nr. 1182/71 van de Raad van 3 juni 1971 houdende vaststelling van de regels die van toepassing zijn op termijnen, data en aanvangs- en vervaltijden (PB L 124 van 8.6.1971, blz. 1).”."

(6)

In artikel 11 wordt lid 1 geschrapt.

(7)

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd.

a)

lid 2 wordt vervangen door:

“2.   De ECB kan ook gebruikmaken van de procedure van gunning door onderhandelingen indien alleen onregelmatige of onaanvaardbare inschrijvingen zijn ontvangen in het kader van een openbare of niet-openbare procedure, dan wel een concurrentiegerichte dialoog. De ECB kan afzien van het publiceren van een nieuwe aankondiging van opdracht indien in de procedure van gunning door onderhandelingen slechts die inschrijvers worden betrokken die deel hebben genomen aan de oorspronkelijke procedure, in aanmerking kwamen voor en voldeden aan de selectiecriteria en hun inschrijvingen hebben ingediend overeenkomstig de formele vereisten van inschrijving. Indien geen of geen geschikte inschrijvingen zijn ontvangen, kan de ECB ook een nieuwe procedure van gunning door onderhandelingen starten zonder een nieuwe aankondiging te publiceren en zonder nieuwe aanbestedingsdocumenten aan de inschrijvers te verstrekken, mits de oorspronkelijke voorwaarden van de opdracht niet wezenlijk worden gewijzigd.”;

b)

aan lid 5 wordt de volgende zin toegevoegd:

“De ECB kan opdrachten zonder onderhandeling gunnen op basis van de oorspronkelijke inschrijvingen.”.

(8)

In artikel 18 wordt lid 2 vervangen door:

“2.   Met het oog op de sluiting van een raamovereenkomst volgt de ECB de in de artikelen 10 tot en met 14 neergelegde procedures. De aankondiging van opdracht vermeldt het toepassingsgebied en het aantal te gunnen raamovereenkomsten.

Specifieke op de raamovereenkomst gebaseerde opdrachten worden gegund overeenkomstig de procedures in dit artikel.”.

(9)

In artikel 26 wordt lid 4 vervangen door:

“4.   De ECB waarborgt dat de door de gegadigden en inschrijvers verschafte informatie wordt behandeld en opgeslagen overeenkomstig de beginselen van vertrouwelijkheid en integriteit, voor zover persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees parlement en de Raad (*3).

(*3)  Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).”."

(10)

Artikel 28 wordt vervangen door:

Artikel 28

Rectificatie van aanbestedingsstukken, bezwaartermijn en uitsluiting van bezwaar

1.   Indien de ECB een onduidelijkheid, omissie of enig ander type fout ontdekt in de tekst van de aankondiging van opdracht, uitnodiging tot inschrijving of aanvullende documenten, rectificeert zij de fout en informeert zij alle gegadigden of inschrijvers schriftelijk.

2.   Indien gegadigden of inschrijvers van mening zijn dat de door de ECB in de aankondiging van opdracht, de uitnodiging tot inschrijving of aanvullende documenten opgenomen vereisten onvolledig, inconsistent of onwettig zijn, of dat de ECB of een andere gegadigde of inschrijver de geldende aanbestedingsvoorschriften geschonden heeft, stellen zij binnen vijftien dagen nadat zij kennis hebben genomen van een dergelijke onregelmatigheid de ECB op de hoogte van hun bezwaren. Indien de onregelmatigheid de uitnodiging tot inschrijving dan wel andere door de ECB verzonden documenten betreffen, begint de termijn na ontvangst van de documenten te lopen. In overige gevallen begint de termijn te lopen vanaf het ogenblik dat gegadigden of inschrijvers van de onregelmatigheid kennisnemen of daarvan redelijkerwijze kennis konden nemen. De ECB kan vervolgens hetzij de vereisten corrigeren of aanvullen, dan wel de onregelmatigheid verhelpen, hetzij het verzoek gemotiveerd afwijzen. Bezwaren die niet binnen de termijn aan de ECB worden meegedeeld, kunnen in een later stadium niet worden opgeworpen, en de gegadigden of inschrijvers mogen deze niet aanvoeren in het kader van een beroepsprocedure uit hoofde van artikel 39 en in procedures voor het Hof van Justitie van de Europese Unie.”.

(11)

In artikel 30, lid 3, wordt de eerste zin geschrapt.

(12)

Artikel 34 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 2 wordt vervangen door:

“2.   De kennisgeving wordt ten minste tien dagen vóór de ondertekening van de opdracht door de ECB verstuurd, als de kennisgeving per fax of elektronisch wordt verstuurd, of ten minste 15 dagen vóór de ondertekening van het contract als een ander communicatiemiddel wordt gebruikt (“standstillperiode”). De ECB sluit het contract met de succesvolle inschrijver slechs nadat deze standstillperiode is verstreken.”;

b)

lid 3 wordt vervangen door:

“3.   De ECB stelt alle betrokken gegadigden of betrokken inschrijvers wier aanvragen of inschrijvingen worden afgewezen, in kennis van de redenen voor de afwijzing van hun aanvraag of inschrijving en van de duur van de in lid 2 bedoelde standstillperiode. De ECB stelt elke niet-succesvolle inschrijver die een ontvankelijke inschrijving heeft ingediend en die een schriftelijk verzoek daartoe indient, in kennis van de naam van de succesvolle inschrijver en van de kenmerken en relatieve voordelen van de succesvolle inschrijving.”.

(13)

In artikel 35 wordt lid 8 vervangen door:

“8.   De aanbestedingsprocedure wordt uitgevoerd in overeenstemming met de in artikel 3 vermelde algemene beginselen. Artikel 9, leden 6 en 7, artikel 13, leden 5 en 6, en de artikelen 18, 19, 20, 26, 27, 28, 30 en 33 zijn van overeenkomstige toepassing.”.

(14)

In artikel 36 wordt lid 2 vervangen door:

“2.   Binnen 15 dagen na ontvangst van de kennisgeving kunnen de inschrijvers de ECB verzoeken de redenen voor het afwijzen van hun inschrijving aan te geven.

Onverminderd lid 1 en de eerste alinea van dit lid, zijn artikel 34, leden 1 tot en met 4, van toepassing wanneer de ECB via de in artikel 35, lid 4, bedoelde procedure een opdracht voor diensten als bedoeld in artikel 6, lid 2, met een waarde, exclusief btw, van 750 000 EUR of meer gunt, mits er een duidelijk grensoverschrijdend belang is.”.

(15)

Artikel 39 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 wordt vervangen door:

“1.   In openbare aanbestedingsprocedures overeenkomstig hoofdstuk II kunnen gegadigden/inschrijvers het besluit van de ECB waarbij hun aanvraag of inschrijving is afgewezen, schriftelijk aanvechten binnen tien dagen na de kennisgeving overeenkomstig artikel 34, lid 1, of artikel 34, lid 3, eerste zin. Het beroep omvat alle ondersteunende informatie en met redenen omklede bezwaren, met uitzondering van de bezwaren die overeenkomstig artikel 28, lid 2, zijn uitgesloten.”;

b)

lid 3 wordt vervangen door:

“3.   “Het beroep heeft opschortende werking ten aanzien van de gunning van de opdracht.”;

c)

het volgende lid 4 wordt toegevoegd:

“4.   Indien het beroep wordt verworpen, is een aanvullende standstillperiode van tenminste tien dagen vóór de ondertekening van de opdracht door de ECB van toepassing als de kennisgeving per fax of elektronisch wordt verstuurd, of ten minste 15 dagen vóór de ondertekening van het contract als een ander communicatiemiddel wordt gebruikt. Het Controleorgaan aanbestedingen stelt de appellant in kennis van de duur van de wachttermijn.”.

Artikel 2

Inwerkingtreding

1.   Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2020.

2.   Aanbestedingsprocedures die waren gestart voordat dit besluit in werking trad, worden afgerond in overeenstemming met de op de aanvangsdatum van de aanbestedingsprocedure van kracht zijnde bepalingen van Besluit (EU) 2016/245 (ECB/2016/2). Voor de toepassing van deze bepaling wordt een aanbestedingsprocedure geacht te zijn aangevangen op de dag waarop de aankondiging van opdracht naar het Publicatieblad is gestuurd of, in gevallen waarin een dergelijke aankondiging niet is vereist, op de dag waarop de ECB één of meer leveranciers heeft uitgenodigd een inschrijving of een voorstel in te dienen.

Gedaan te Frankfurt am Main, 18 februari 2020.

De president van de ECB

Christine LAGARDE


(1)   PB L 80 van 18.3.2004, blz. 33.

(2)  Besluit (EU) 2016/245 van de Europese Centrale Bank van 9 februari 2016 tot vaststelling van de regels inzake aanbesteding (ECB/2016/2) (PB L 45 van 20.2.2016, blz. 15).

(3)   PB C 204 van 20.6.2015, blz. 3.

(4)  Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 inzake het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van Richtlijn 2004/18/EG (PB L 94 van 28.3.2014, blz. 65).

(5)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/2365 van de Commissie van 18 december 2017 tot wijziging van Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de toepassingsdrempels inzake de procedures voor het plaatsen van opdrachten (PB L 337 van 19.12.2017, blz. 19).

(6)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1828 van de Commissie van 30 oktober 2019 tot wijziging van Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende de drempels voor overheidsopdrachten voor leveringen, diensten en werken, en prijsvragen (PB L 279 van 31.10.2019, blz. 25).

(7)  Richtlijn 2014/23/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten (PB L 94 van 28.3.2014, blz. 1).


Naar boven