EUR-Lex De toegang tot het recht van de Europese Unie

Terug naar de EUR-Lex homepage

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document 32001O0009

Richtsnoer van de Europese Centrale Bank van 27 september 2001 voor transacties van deelnemende lidstaten met hun werksaldi in buitenlandse valuta's ingevolge artikel 31.3 van de Statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank (ECB/2001/9)

PB L 276 van 19.10.2001, blz. 21–26 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Juridische status van het document Niet meer van kracht, Datum einde geldigheid: 31/10/2003; opgeheven door 32003O0012

ELI: http://data.europa.eu/eli/guideline/2001/737/oj

32001O0009

Richtsnoer van de Europese Centrale Bank van 27 september 2001 voor transacties van deelnemende lidstaten met hun werksaldi in buitenlandse valuta's ingevolge artikel 31.3 van de Statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank (ECB/2001/9)

Publicatieblad Nr. L 276 van 19/10/2001 blz. 0021 - 0026


Richtsnoer van de Europese Centrale Bank

van 27 september 2001

voor transacties van deelnemende lidstaten met hun werksaldi in buitenlandse valuta's ingevolge artikel 31.3 van de Statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank

(ECB/2001/9)

(2001/737/EG)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gelet op de Statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank (hierna aangeduid als de "statuten"), inzonderheid op de artikelen 31.2, 31.3 en 43.1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De transacties van deelnemende lidstaten met hun werksaldi in buitenlandse valuta's boven een in het kader van artikel 31.3 van de statuten vast te stellen grens behoeven de goedkeuring van de Europese Centrale Bank (ECB) teneinde overeenstemming met het wisselkoersbeleid en het monetair beleid van de Gemeenschap te verzekeren.

(2) Ingevolge artikel 31.3 van de statuten, vaardigt de Raad van bestuur richtsnoeren uit teneinde dergelijke transacties te vergemakkelijken.

(3) Transacties die worden verricht door nationale centrale banken als agenten van deelnemende lidstaten en die niet worden opgenomen in de financiële rekeningen van de nationale centrale banken, worden bestreken door dit richtsnoer, terwijl transacties door nationale centrale banken in eigen naam en voor eigen risico worden bestreken door het richtsnoer inzake transacties van nationale centrale banken ingevolge artikel 31.3 van de statuten,

HEEFT HET VOLGENDE RICHTSNOER VASTGESTELD:

Artikel 1

Definities

In dit richtsnoer wordt bedoeld met:

- "deelnemende lidstaten": alle lidstaten die overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap de gemeenschappelijke munt hebben aangenomen;

- "nationale centrale banken": de nationale centrale banken van de deelnemende lidstaten;

- "transacties": alle transacties die zijn opgesomd in artikel 23, tweede en derde streepje, van de statuten, op de deviezenmarkt worden verricht en de ruil betreffen van niet in euro luidende activa voor euro's of voor andere niet in euro luidende activa door deelnemende lidstaten, met inbegrip van maar niet beperkt tot transacties die namens deelnemende lidstaten worden verricht door nationale centrale banken en die niet worden opgenomen in de financiële rekeningen van de nationale centrale banken;

- "werksaldi in buitenlandse valuta's": activa die luiden in een andere rekeneenheid of valuta dan de euro en die door overheden van deelnemende lidstaten direct of via hun agenten worden aangehouden;

- "niet in euro luidende activa": effecten en alle andere activa in de valuta van een land buiten het eurogebied of rekeneenheden die in enigerlei vorm worden gehouden;

- "off-market" (buiten de deviezenmarkt om): deviezentransacties waarbij geen van de contractpartijen een deelnemer is op de interbancaire deviezenmarkt. Deze interbancaire markt bestaat uitsluitend uit commerciële financiële instellingen. Centrale banken, internationale organisaties, commerciële niet-financiële organisaties, deelnemende lidstaten en de Europese Commissie worden geacht geen deel uit te maken van de interbancaire markt.

Artikel 2

Toepassingsgebied

Dit richtsnoer is van toepassing op de modaliteiten van transacties die door alle overheden van deelnemende lidstaten worden verricht met hun werksaldi in buitenlandse valuta's. De procedures die zijn vastgesteld voor ex ante en ex post rapportage door centrale regeringen verschillen van de voor andere overheden vastgestelde procedures.

Artikel 3

Drempels voor voorafgaande kennisgeving

1. In annex I zijn de drempels vastgelegd waarop of waar beneden overheden van deelnemende lidstaten op enigerlei handelsdag transacties mogen verrichten met hun werksaldi in buitenlandse valuta's zonder voorafgaande kennisgeving aan de ECB, en waarboven op enigerlei handelsdag bepaalde soorten transacties met hun werksaldi in buitenlandse valuta's niet mogen worden verricht zonder voorafgaande kennisgeving aan de ECB.

2. Voor de volgende deviezentransacties geldt geen procedure van voorafgaande kennisgeving:

- transacties die aan beide kanten deviezen in dezelfde valuta betreffen (bijvoorbeeld substitutie van schatkistpapier in USD voor ander schatkistpapier in USD),

- deviezenswaps,

- transacties die verricht worden met nationale centrale banken van deelnemende lidstaten.

Artikel 4

Organisatiekwesties

1. Deelnemende lidstaten treffen passende regelingen om te verzekeren dat transacties boven de in annex I vastgelegde drempels met werksaldi in buitenlandse valuta's die verricht worden door alle overheden van deelnemende lidstaten, met inbegrip van de transacties die verricht worden via nationale centrale banken die optreden als agenten namens deelnemende lidstaten, aan de ECB worden doorgegeven overeenkomstig de in dit richtsnoer vastgelegde procedures.

2. De centrale regeringen van deelnemende lidstaten verstrekken de ECB maandelijks ramingen van alle door hen te verrichten transacties met werksaldi in buitenlandse valuta's, met inbegrip van de transacties die verricht worden via nationale centrale banken die optreden als agenten namens deelnemende lidstaten. De standaardvorm voor de rapportage van dergelijke ramingen is vastgelegd in annex II.

3. Alle andere overheden verstrekken de ECB ramingen van alle komende transacties, met inbegrip van de transacties, die verricht worden via nationale centrale banken die optreden als agenten namens deelnemende lidstaten, met werksaldi in buitenlandse valuta's boven de door de ECB vastgestelde drempels zoals vastgelegd in annex III.

4. De verantwoordelijkheid voor de in de artikelen 4 en 6 vastgelegde rapportagevereisten berust bij de deelnemende lidstaten die alle relevante gegevens verzamelen en aan de ECB doorgeven via hun respectieve nationale centrale banken.

Artikel 5

Procedure van voorafgaande kennisgeving en goedkeuring door de ECB van de manier waarop transacties worden verricht

1. De overheden van deelnemende lidstaten, met inbegrip van nationale centrale banken die optreden als agenten namens lidstaten, stellen de ECB in een zo vroeg mogelijk stadium in kennis van alle transacties met hun werksaldi in buitenlandse valuta's boven de in artikel 3 vastgelegde drempels. De ECB dient dergelijke kennisgevingen uiterlijk om 11.00 uur 's morgens ECB-tijd op de transactiedatum te ontvangen. De standaardvorm voor een dergelijke kennisgeving is vastgelegd in annex IV en wordt via de respectieve nationale centrale banken van de deelnemende lidstaten aan de ECB verstrekt.

2. De ECB reageert zo snel mogelijk op conform lid 1 verstrekte voorafgaande kennisgevingen en in ieder geval uiterlijk om één uur 's middags ECB-tijd op de voorziene transactiedatum. Indien tegen die tijd geen reactie van de ECB is ontvangen, wordt de transactie geacht te zijn toegestaan volgens de door de overheid van de betreffende deelnemende lidstaat vastgestelde voorwaarden.

3. Indien een kennisgeving na 11.00 uur a.m. ECB-tijd door de ECB wordt ontvangen, is de in lid 5 beschreven overlegprocedure van toepassing.

4. De ECB beoordeelt voorafgaande kennisgevingen teneinde transacties door overheden van deelnemende lidstaten zoveel mogelijk te vergemakkelijken. De ECB beoordeelt dergelijke transacties teneinde overeenstemming met het monetair beleid en het wisselkoersbeleid van de Gemeenschap te verzekeren, gelet op het effect van de transacties op de liquiditeit van het bankwezen van het eurogebied. In het licht van deze overwegingen beslist de ECB of een transactie mag worden verricht volgens het tijdschema en op de wijze zoals door de betreffende deelnemende lidstaat voorzien.

5. In uitzonderlijke omstandigheden, verband houdend met politieke overwegingen, ongunstige marktomstandigheden, of verlate kennisgeving door deelnemende lidstaten, kan de ECB adviseren het tijdstip van een transactie of de manier waarop een transactie wordt verricht, te wijzigen. In dergelijke omstandigheden neemt de ECB het initiatief tot een overlegprocedure met de betrokken partijen, namelijk de betrokken nationale overheid en de nationale centrale bank van de betreffende deelnemende lidstaat. De ECB kan verzoeken de transactie off-market via het ESCB te verrichten, in welk geval de ECB kan verzoeken dat de transactie hetzij met de betrokken nationale centrale bank, hetzij met de ECB wordt verricht. De ECB kan ook verzoeken het totale bedrag van een dergelijke transactie te verdelen over twee of meer transacties. De ECB kan ook verzoeken de transactie gedeeltelijk off-market via het ESCB te verrichten, zoals hierboven is gesteld, en gedeeltelijk in twee of meer transacties zoals hierboven eveneens is gesteld.

6. In zeer uitzonderlijke omstandigheden kan de ECB verzoeken om opschorting van een transactie, in welk geval het voorgeschreven uitstel zo kort mogelijk dient te zijn en het uitstel in geen geval voor onbepaalde tijd mag gelden of aan de nakoming van de voorwaarden van vervallende verplichtingen in de weg mag staan.

Artikel 6

Rapportage van werksaldi

1. Om te verzekeren dat de ECB een adequaat overzicht heeft van de werksaldi in buitenlandse valuta's van de deelnemende lidstaten, rapporteren de deelnemende lidstaten hun werksaldi in buitenlandse valuta's maandelijks ex post.

2. De standaardvorm voor de ex post rapportage van werksaldi in buitenlandse valuta's aan de ECB door de centrale regeringen van deelnemende lidstaten is vastgelegd in annex V.

3. Alle andere overheden van de deelnemende lidstaten rapporteren hun werksaldi in buitenlandse valuta's boven een door de ECB vastgestelde drempel, zoals vastgelegd in annex VI.

Artikel 7

Vertrouwelijkheid

Alle informatie en gegevens die in het kader van de in dit richtsnoer vastgelegde procedures worden uitgewisseld, worden vertrouwelijk behandeld.

Artikel 8

Intrekking van Richtsnoer ECB/1998/NP7

Richtsnoer ECB/1998/NP7 wordt hierbij ingetrokken.

Artikel 9

Slotbepalingen

Dit richtsnoer is gericht tot de deelnemende lidstaten.

Dit richtsnoer wordt van kracht op 1 november 2001.

Dit richtsnoer wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Gedaan te Frankfurt am Main, 27 september 2001.

Namens de Raad van bestuur van de ECB

Willem F. Duisenberg

ANNEX I

Drempels voor voorafgaande kennisgeving aan de ECB van deviezentransacties van lidstaten ingevolge artikel 3, lid 1

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Een bruto totaalbedrag van transacties is het totaalbedrag van de aankopen en het totaalbedrag van de verkopen van deviezen op een gegeven handelsdag.

Deze drempels gelden ook voor transacties die worden verricht door nationale centrale banken als agenten namens deelnemende lidstaten en die niet worden opgenomen in de financiële rekeningen van de nationale centrale banken.

ANNEX II

Standaardvorm voor ex ante rapportage van geraamde komende deviezentransacties door deelnemende lidstaten ingevolge artikel 4, lid 2 en artikel 4, lid 3

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Het tijdschema van deze rapportages is één kalendermaand. De drempels zijn dag-specifiek, hetgeen betekent dat indien verwacht wordt dat de drempels op een of meer dagen in de komende maand worden overschreden, vóór de laatste, aan deze maand voorafgaande werkdag een ex ante rapport moet worden verstuurd. Het maandelijkse ex ante rapport dient de dagen te bestrijken waarop naar verwachting de drempels worden overschreden.

ANNEX III

Drempels voor ex ante rapportage door andere overheden dan centrale regeringen van deelnemende lidstaten ingevolge artikel 4, lid 3

Andere overheden dan centrale regeringen van deelnemende lidstaten verstrekken de ECB maandelijks ramingen van alle komende transacties met hun werksaldi in buitenlandse valuta's die de volgende drempels te boven gaan:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Een bruto totaalbedrag van transacties is het totaalbedrag van de aankopen en het totaalbedrag van de verkopen van deviezen op een gegeven handelsdag.

ANNEX IV

Verzoeken inzake voorafgaande kennisgevingen door deelnemende lidstaten(1) en de antwoorden van de ECB ingevolge artikel 5, lid 1

Voorafgaande kennisgevingen dienen de volgende informatie te bevatten:

- de deelnemende lidstaat die kennis geeft van transacties,

- de overheid die verantwoordelijk is voor de transactie,

- datum en tijd van de kennisgeving,

- transactiedatum,

- valutadatum,

- omvang van de transacties (in miljoen euro of miljoen euro equivalent),

- de betreffende valuta (ISO-codes),

- transactiecategorie,

- vervallende contractuele verplichting (J/N).

Het antwoord van de ECB op de voorafgaande kennisgevingen bevat naast de bovengenoemde tevens de volgende gegevens:

- datum, tijd en inhoud van het ECB antwoord.

NB:

Deelnemende lidstaten wordt verzocht hun kennisgevingen aan de ECB via hun respectieve nationale centrale bank te versturen.

(1) Men dient te bedenken dat voorafgaande kennisgeving alleen nodig is voor transacties die door de lidstaten op de deviezenmarkt worden verricht, d.w.z. niet met hun respectieve centrale banken als wederpartij. Voor transacties van lidstaten die worden verricht met hun respectieve nationale centrale bank als wederpartij gelden de voorafgaande goedkeurings- en rapportageprocedures die van toepassing zijn op transacties van nationale centrale banken.

ANNEX V

Standaardvorm voor ex post rapportage aan de ECB van werksaldi in buitenlandse valuta's aangehouden door deelnemende lidstaten ingevolge artikel 6, lid 2

De centrale regeringen van deelnemende lidstaten zijn verplicht hun uitstaande werksaldi in buitenlandse valuta's maandelijks te rapporteren. Andere overheden zijn alleen verplicht te rapporteren indien het hoogste van hetzij het gemiddelde aangehouden werksaldo in een maand, hetzij het aangehouden saldo op het eind van de maand de in annex VI vastgelegde drempel overschrijdt.

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Opgemerkt dient te worden dat andere overheden alleen verplicht zijn te rapporteren indien het hoogste van hetzij het gemiddelde door hen aangehouden werksaldo in een maand, hetzij het saldo op het eind van de maand de drempel voor rapportage overschrijdt. Echter, indien de rapportagedrempel wordt overschreden, dienen zij de gegevens in dezelfde vorm aan te leveren als centrale regeringen (d.w.z. maandelijks gemiddelde, hoogste van de maand, saldo op het eind van de maand en laagste van de maand).

De in deze Annex vastgelegde ex post rapportageverplichting geldt ook voor alle deviezentransacties die worden verricht door nationale centrale banken als agenten namens overheden van deelnemende lidstaten.

ANNEX VI

Drempel voor ex post rapportage door andere overheden van deelnemende lidstaten dan centrale regeringen ingevolge artikel 6, lid 3

Andere overheden van deelnemende lidstaten dan centrale regeringen rapporteren hun werksaldi in buitenlandse valuta's aan de ECB boven de volgende drempels:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Naar boven