Halfjaarlijkse informatie betreffende vervalsing van eurobankbiljetten
In de eerste helft van 2010 zijn in totaal 387.000 valse eurobankbiljetten aan de circulatie onttrokken. Dit is een daling van rond 13% ten opzichte van de in de daaraan voorafgaande zes maanden aangetroffen hoeveelheid. De onderstaande tabel geeft de halfjaarlijkse tendens in het aantal aangetroffen vervalsingen aan.
Periode | 2006/1 | 2006/2 | 2007/1 | 2007/2 | 2008/1 | 2008/2 | 2009/1 | 2009/2 | 2010/1 |
Aantal vervalsingen | 300.000 | 265.000 | 265.000 | 296.000 | 312.000 | 354.000 | 413.000 | 447.000 | 387.000 |
In vergelijking met het toenemende aantal echte eurobankbiljetten in omloop (gemiddeld 13,2 miljard gedurende de eerste helft van 2010), blijft het aantal vervalsingen zeer laag.
Desalniettemin blijft het Eurosysteem, d.w.z. de Europese Centrale Bank (ECB) en de zestien nationale centrale banken van het eurogebied, het publiek adviseren alert te blijven wanneer het bij contant-geldtransacties bankbiljetten in handen krijgt. Echte eurobankbiljetten kunnen gemakkelijk worden herkend door gebruik te maken van de eenvoudige VOEL-KIJK-KANTEL-methode die wordt beschreven op de europagina’s van de website van de ECB en de websites van de nationale centrale banken van het Eurosysteem. Bij twijfel dient een verdacht bankbiljet direct te worden vergeleken met een biljet waarvan men zeker weet dat het echt is. Eenieder die een vervalst bankbiljet denkt te hebben gekregen, dient contact op te nemen met de politie of, wanneer dit volgens de nationale regels mogelijk is, met de betreffende nationale centrale bank.
De onderstaande tabel toont een procentuele uitsplitsing naar coupure van het totale aantal vervalsingen die in de eerste helft van 2010 aan de circulatie zijn onttrokken.
Coupure | €5 | €10 | €20 | €50 | €100 | €200 | €500 |
Uitsplitsing in percentage | 0,5% | 1,5% | 41,5% | 42,5% | 12% | 1,5% | 0,5% |
De biljetten van €20 en €50 blijven de meest vervalste coupures. Gedurende de afgelopen zes maanden is het aandeel van valse €20-biljetten gedaald en het aandeel van valse €50-biljetten gestegen. In de eerste helft van 2010 werden vrijwel gelijke aantallen van beide coupures aangetroffen, samen goed voor bijna 85% van het totaal. Het bankbiljet van €100 is met 12% van het totaal de op twee na meest vervalste coupure. Het aandeel van de overige coupures (€5, €10, €200 en €500) is zeer laag.
De meerderheid (meer dan 98%) van de in de eerste helft van 2010 aangetroffen vervalsingen werd gevonden in de landen van het eurogebied. Slechts ongeveer 1% werd aangetroffen in de lidstaten van de EU die geen deel uitmaken van het eurogebied, en minder dan 0,5% in andere delen van de wereld.
Het Eurosysteem spant zich krachtig in om ervoor te zorgen dat het publiek goed weet hoe het een vervalst bankbiljet kan herkennen en, in het geval van professionele geldverwerkers, dat bankbiljettensorteer- en -verwerkingsmachines vervalsingen op betrouwbare wijze kunnen herkennen en aan de circulatie kunnen onttrekken.
Europese Centrale Bank
Directoraat-generaal Communicatie
- Sonnemannstrasse 20
- 60314 Frankfurt am Main, Duitsland
- +49 69 1344 7455
- media@ecb.europa.eu
Reproductie is alleen toegestaan met bronvermelding.
Contactpersonen voor de media